Micronutriënten

Micronutriënten:
Micronutriënten is een verzamelnaam voor voedingsstoffen die wij nodig hebben voor een gezond en fit lijf, micronutriënten zijn vitamines, mineralen en sporenelementen.

Wat zijn nutriënten?

Nutriënten zijn voedingsstoffen, oftewel belangrijke stoffen die ons lichaam nodig heeft om fysiek en mentaal gezond te blijven. De belangrijkste voedingsstoffen zijn koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamines, mineralen, sporenelementen, voedingvezels en water. Deze voedingsstoffen krijgen wij binnen via ons voedsel, voedsel bestaat uit een mix van verschillende voedingsstoffen. Voor een gezond en fit lichaam is het belangrijk dat we deze voedingscomponenten in de juiste verhoudingen binnen krijgen.

Er zijn twee grote groepen voedingsstoffen de macronutriënten en de micronutriënten voedingsstoffen delen we dus in twee groepen in, macronutriënten en micronutriënten. Macro betekent groot, deze voedingsstoffen hebben we in grote hoeveelheden nodig, dit in vergelijking tot de micronutriënten. Micro betekent klein, deze voedingsstoffen hebben we maar in kleine hoeveelheden dagelijks nodig, minder dan één gram per persoon per dag.

Wat zijn micronutriënten?

Micronutriënten zijn vitamines, mineralen en sporenelementen. Micronutriënten leveren in tegenstelling tot macronutriënten geen energie, ondanks dat we er maar zo weinig van nodig hebben, zijn ze wel ontzettend belangrijk voor een goede gezondheid.

Verschil vitamines en mineralen

Vitamines komen uit de levende natuur en spelen een belangrijke rol bij de groei, ontwikkeling, herstel en normaal functioneren van ons lichaam. Vitamines moeten we uit voeding halen, want de meeste vitamines kan ons lichaam niet zelf of onvoldoende aanmaken. Er zijn dertien verschillende vitamines, waarvan er vier in vetoplosbaar zijn en negen in wateroplosbaar. Dit is belangrijk voor de vertering en opname van de vitamines.

De vetoplosbare vitamines zijn vitamine A, vitamine D, vitamine E en vitamine K. Deze vitamines kunnen worden opgeslagen in weefsels van het lichaam en komen meestal voor in vetten van voedingsmiddelen. De wateroplosbare vitamines zijn vitamine B1, B2, B3, B5, B6, B8, B11 (foliumzuur), B12 en vitamine C. Deze wateroplosbare vitamines kunnen niet worden opgeslagen in het lichaam, met uitzondering van vitamine B12. Wanneer deze vitamines overbodig zijn of er al genoeg aanwezig zijn, verlaten ze het lichaam via de urine.

Mineralen en sporenelementen

Mineralen en sporenelementen komen in tegenstelling tot vitamines uit de dode natuur. Mineralen en sporenelementen moeten eerst door planten worden opgenomen uit de aarde en water en door dieren uit voeding of water zodat wij ze binnen kunnen krijgen.

Mineralen en sporenelementen hebben erg veel verschillende functies, onder andere zijn ze nodig voor de regulatie van enzymen en hormonen. Mineralen en sporenelementen kunnen niet zelf door het lichaam worden aangemaakt. Het verschil tussen mineralen en sporenelementen is de hoeveelheid die je dagelijks nodig hebt, van mineralen heb je meer nodig dan van sporenelementen. Bekende essentiële mineralen zijn calcium, choride, fosfor, kalium, magnesium en natrium. Esentiële sporenelementen zijn chroom, ijzer, jodium, koper, mangaan, molybdeen, seleen, zink.

Terug naar de kennisbank